Verloren   Bijbelse   Inzichten

De Pré-Zondvloed Dimensie


We bevinden ons na de Paradijsdimensie in de tijd van vóór de Zondvloed.
Ook deze tijd van vóór de Zondvloed had een eigen werkelijkheid (dimensie) die anders was dan de wereld (werkelijkheid) die wij op dit moment kennen.
We noemen deze dimensie de Pré-Zondvloed Dimensie.
Hoe weten wij dat? Eigenlijk vooral uit een bron, die niet meer in de Bijbel te vinden is: het Boek Henoch.

Het Boek Henoch
De Bijbel maakt melding van een rechtvaardig en voorbeeldig man die in deze tijd van vóór de Zondvloed leefde.
Zijn naam was Henoch.
Deze man zou in opdracht van God meer dan 360 boeken hebben geschreven waarin alle kennis van die tijd stond en die de mensheid nodig had om zich te ontwikkelen in de goede zin van het woord.
Hij moest als een hemelse leraar kennis, wetten en regels uit deze boeken leren aan de mensen van zijn tijd vóór de Zondvloed.
Deze boeken beschrijven ook de situatie op aarde die bestond vόόr de Zondvloed.
Deze man werd tijdens zijn verblijf op aarde door God levend, met lichaam en al, in de Hemel opgenomen !
Van alle boeken, die deze man God’s mogelijkerwijs geschreven heeft, zijn er helaas maar een paar behouden gebleven.

Andere Dimensie
In één van Henoch’s boeken, genaamd "De geboorte van Noach", beschrijft Henoch dat Metuselach, zijn zoon, die de grootvader van Noach was, naar de uiteinden van de Aarde liep om hem, Henoch, die al ten Hemel was opgenomen, te raadplegen.
Ook Noach raadpleegde ooit Henoch aan de "uiteinden der aarde".
Dit is te vinden in een boek van Henoch, dat "Het Boek der Gelijkenissen" wordt genoemd.
Dit houdt in dat er aan de uiteinden van de toenmalige Aarde, van het toenmalige Aardrijk, een grens was tussen Hemel en Aarde, waar Hemelingen en Aardbewoners elkaar konden ontmoeten.
En dat was "aan de uiteinden van de Aarde". Dat kan nu tegenwoordig niet meer.
De Aarde is rond, heeft geen uiteinden, en is puur fysiek.
Dat houdt in dat de Aarde destijds ook nog een andere werkelijkheid [dimensie] kende, naast de fysieke kant die wij nu kennen.
En in die dimensie had de Aarde ook nog een andere vorm, naast de fysieke, ronde vorm.
Hoe dat kon, gaat ons huidige begripsvermogen te boven.

Andere Tijdsindeling en Leeftijd
Bovendien maakt Henoch er melding van dat in zijn tijd het jaar 364 dagen telde en niet de 365 en een kwart dag, zoals wij een jaar kennen.
Een dag bestond ook niet uit 24 delen maar uit 18 delen.
Mensen konden in die tijd en dimensie ook erg oud worden.
Boven de 800 en 900 jaar was niet ongewoon.
Zo werd Adam 930 jaar oud, Seth 912, Enos 905, Kenan 910, Mahalaleël 895, Jered 962, Methuselach 969 [de oudste], Lamech 777 en Noach 950.
Met Noach kwam het kantelpunt wat betreft de zeer hoge leeftijden.
Tijdens zijn leven vond dan ook de Zondvloed plaats, waarná de Pré-Zondvloed-Dimensie grotendeels verdwenen was.
Meteen ná de Zondvloed namen de leeftijden dan ook drastisch af.
En ná de Toren van Babel, 340 jaar ná de Zondvloed, toen de Pré-Zondvloed-Dimensie helemaal uit de wereld verdwenen was, bereikten de mensenleeftijden langzaam maar zeker de door God gestelde maximum-grens van 120 jaar.
Er moet dus een verband bestaan hebben tussen de dimensie van vóór de Zondvloed en de hoge leeftijden toen.
Dit bewijst ook dat er vóór de Zondvloed een andere werkelijkheid, dimensie op de Aarde was, nietwaar...?

De Wachters
Henoch schrijft in een ander boek wat er in de periode van vóór de Zondvloed op aarde plaats vond.
Dit staat beschreven in "Het boek van de Wachters".
Hij maakt melding van Wachters (Engelen van God) die de taak hadden de mensen te helpen, zodat dezen niet zouden zondigen.
Deze Wachters worden door hem met naam en toenaam genoemd.
Echter zij vielen af van God, zondigden zelf en brachten de mensheid juist tot zonde.
Zij vertelden de mensheid allerlei verborgen kennis waar zij juist kwaad mee konden doen.
Zij leerden de mensen wapens te maken, hoe je je moet opmaken, hoe armbanden en versierselen gemaakt moeten worden.
Ook hoe je verfstoffen moet maken, alles wat met edelstenen te maken had, astrologie, de tovenarij van het wortels snijden, voortekenen, occultisme wat met de maan te maken heeft, etc.
Bovendien hadden zij verboden seks met aardse vrouwen.
Zij maakten hen tot heksen door hen magische formules, toverijen en de duistere praktijken van het snijden van wortels en bomen te leren.
Uit de verboden seks werden reuzen geboren.
Deze reuzen kregen een fysiek lichaam maar waren bovennatuurlijke wezens, die van hetzelfde geslacht als de "gevallen" engelen waren.
Ze speelden het spel mee en lieten zich geboren worden uit aardse vrouwen, werden fysieke reuzen en vervielen tot vreselijk kwaad.
De reuzen aten alles op wat de mensen produceerden aan voedsel. Tenslotte waren de mensen niet meer in staat om hen te onderhouden.
En toen werden de mensen zelf door de reuzen opgegeten.
Ook vogels, allerlei dieren, ook grote dieren, zoals de Sauriërs, voorwereldlijke reptielen en vissen werden allemaal opgegeten door de reuzen.
Vele grote diersoorten stierven daarom uit. Toen begonnen de reuzen elkaar te doden en op te eten.
Ze dronken zelfs elkaars bloed. Deze reuzen werden door God gestraft.
Ze werden boze geesten op Aarde, nadat ze naar het lichaam gedood waren, vanwege het kwaad, dat ze op Aarde hadden aangericht.

De Zondvloed
Het kwaad van de Wachters, reuzen en mensen op Aarde was zo groot dat God besloot de Zondvloed te sturen en alle leven op aarde te vernietigen.
Behalve Noach en zijn familie en geselecteerde dieren, die de vreetpartijen van de reuzen hadden overleefd.
Dit grote kwaad veroorzaakte volgens Henoch de kanteling van de aardas.
Deze stand van de aardas werd blijvend door het gewicht van de gigantische watermassa's van de Zondvloed.
Tevoren werden de foute Wachters gevangen genomen door de Aartsengelen, en moordden de reuzen elkaar uit.
God besluit dat ná de Zondvloed de mensen uiteindelijk niet ouder kunnen worden dan 120 jaar.
De maximum-leeftijd van 120 jaar ging pas echt goed in werking, toen de Pré-Zondvloed-Dimensie helemaal verdwenen was ná de val van de Toren van Babel.
Uit al het voorgaande blijkt duidelijk, dat de werkelijkheid op Aarde vóór de Zondvloed een andere was dan die wij nu kennen.
Ook het feit dat er vóór de Zondvloed engelen rondliepen op Aarde waar de mensen gewoon mee konden communiceren, toont dit aan !
Reuzen met een fysiek lichaam, die waarschijnlijk zeer groot geweest zijn, wijst op een realiteit, dimensie die er toen was, die anders was dan onze huidige puur fysieke, stoffelijke realiteit.
We komen vervolgens terecht in de tijd van " de Toren van Babel".